(ON)GEZIEN (beeld)verslag

Door in Blog op april 22, 2024


Vrijdag 19 april, kon ik op uitnodiging van Theater van Deyssel, 5 onderdelen presenteren:
1) Serie foto’s (9) van een netwerk achter de winkels. Gedeelde ruimte als plek voor alledaags contact

Serie van 9 foto’s op dubbelzijdig geprinte panelen

2) Mijn persoonlijke affiniteit met de buurt en ontwerpen
3) Een selectie van 10 jaar Amsterdam Nieuw-West documenteren in foto’s
4) Het onderzoek van de afgelopen maanden in de Lodewijk van Deysselbuurt
5) De ideeën en plannen voor de toekomst in de deze buurt

 

Foto uit de serie (on)gezien / gedeelde ruimte als plek voor alledaags contact

Dit minitheater in Nieuw-West (van Frascati in het centrum) bood vrijdagmiddag de ruimte aan een klein divers gezelschap van bewoners, mensen die met hun werk in de buurt actief zijn en andere geïnteresseerden, zo’n 20 personen. Artistiek coördinator van dit theater Khadija en haar stagiaire Sophie, van de middelbare school, zorgden voor sfeer door muziek en gastvrije ontvangst met drinken en een hapje. Naast bewoners uit de Lodewijk van Deysselbuurt, waren er mensen aanwezig van Rochdale (woningcorporatie) en de Gemeente Amsterdam, Cascoland (kunstenaarscollectief), Heren5 (architectenbureau) en Rijnboutt (stedenbouwkundig bureau dat eerder het stedenbouwkundig plan tekende), maar ook oude bekenden en collega’s.

 

Nadat de grootste groep al een tijdje binnen was, interviewde Khadija mij naar aanleiding van het maken van deze serie foto’s. Aan de hand van de negen foto’s (1) vertelde ik het verhaal en het belang van alledaags contact, zowel in de winkels als op de stoep aan de Lodewijk van Deysselstraat. Hierbij ‘schakelde’ ik via personen door deze straat. Verder lichtte ik toe hoe Cascoland de waarde van ondernemen wil ontwikkelen door juist te kijken naar de waarde die al in de buurt aanwezig is. Dit geldt eveneens voor de informele zorg die bewoners elkaar (kunnen) bieden. Zowel Fiona (Cascoland) als bewoner/ondernemer Fatima lichtten dit zelf ook toe in het gesprek dat daarop volgde. Ook Rosanne, van corporatie Rochdale die deze winkelruimten hiervoor vrij maakt en 1168 woningen in deze buurt in  beheer heeft (en er nog 700 toevoegd), vertelde hoe ze als corporatie in deze wijk te werk gaan. Ook hield ik een pleidooi voor het ontwerpen op de locatie zelf. Cascoland doet dat al, maar is het ook een optie voor de architecten? (zie voor plattegrond van de buurt het vorige blog-bericht)

 

foto: Merijn de Jong

Het was tof dat er naast de serie van 9 foto’s, ook ruimte was om meer context te bieden in de vorm van foto’s, illustraties en teksten op de gele wand. Hierdoor kon ik toelichten waarom juist deze bewoners en deze buurt de aanleiding voor deze presentatie waren (2). Wat mijn ervaring is met stedelijke vernieuwing (3). Welke zaken ik tegen kwam in mijn onderzoek (4) door me te verdiepen in de buurt en haar bewoners.  Ook zaken die op het eerste gezicht niet zo zichtbaar zijn, zoals de plannen, cijfers, maar ook bepaalde bewoners op de achtergrond.

 


Veel van deze zaken zijn opgetekend in een investeringsnota van de Gemeente Amsterdam. Uit dit 113 pagina tellende document wil ik één quote eruit lichten die goed weergeeft welk dilemma vrijwel iedereen tegen komt bij een stedelijke vernieuwingsopgave van deze omvang:

Zolang bewoners geen concreet plan voor de toekomst van hun eigen individuele woning kennen was het voor veel bewoners (te) veel gevraagd om mee te doen in een proces dat moet leiden tot een compleet vernieuwingsplan voor bijna de gehele buurt. Maar omgekeerd bepaalt dat complete plan voor de gehele buurt de toekomst van die eigen individuele woningen. (bron: investeringsnota Lodewijk van Deysselbuurt / vastgesteld 23.12.2021)

Toch denk ik dat er ook kansen liggen. In het (laatste) deel kon ik dat ook tonen op de gele wand (5). Door dingen te maken, zoals foto’s. Mijn werkwijze leent zich ervoor om relaties tussen bewoners, organisaties en ontwerpen te tonen. In grote lijnen zijn het drie onderdelen:

a) Het inzichtelijk maken van verschillende belanghebbenden en deze netwerken in beeld brengen; dus óók de netwerken van professionals. Hoe zijn zij verbonden en hoe is hun leefwereld verweven met die van bewoners en andere mensen die er hun werk hebben, wellicht indirect !/?
b) Veel van mijn werk ging tot op heden over zowel de hardware (gebouwen) als de software (buurtbanden). Wellicht is dit laatste een wat te plastische omschrijving van de leefwereld van bewoners. Maar ik gebruik de termen omdat ik daarmee goed kan aangeven welk onderdeel ik nu juist meer aandacht zou willen geven: ‘de orgware’. Hier versta ik onder, de dagelijkse wereld van organisaties die werkzaam zijn in een buurt. In dit onderdeel, waarbij continu afspraken worden gemaakt, zit ook een ruimtelijk aspect. Dat wil ik verder onderzoeken.
c) De eerder beproefde en ontwikkelde werkwijze die ik met architectenbureau Open Kaart ontwikkelde voor bestaande gebouwen, ook op grotere schaal te proberen. Ik heb het hier over de zogenaamde pre-enactments. In plaats van een historische gebeurtenis na te spelen, wil ik kijken of we een toekomstige situatie al kunnen spelen, voordat deze is gerealiseerd. Mét de buurtbewoners én de professionals en dus op grotere schaal.
De komende tijd wil ik gebruiken om deze onderdelen scherper te krijgen.

Tot slot, de bijeenkomst bood me ook de kans om als eerste de 93-jarige bewoner Henk Hoogendoorn te bedanken. Hij introduceerde mij bij veel andere bewoners en figureerde in de serie foto’s. In de vorm van prints van de complete serie, kon ik iets teruggeven van de buurt waar hij al sinds 1968 woont. Eveneens bedank ik hierbij Theater van Deyssel die mij ruimte en middelen bood om deze serie te maken en te tonen.

  • Dit was een éénmalige presentatie. Wellicht wordt de serie in de toekomst nog op andere plek(ken) getoond. Wanneer dat het geval is, zal ik dat via mijn website/LinkedIn laten weten.